back

SAMR Model

Instructional design/SAMR Model/What is the SAMR Model? - Wikiversity

S staat voor substitutie, de les blijft dezelfde maar de manier waarop wordt vervangen door technologie (vb. klasomgeving vervangen door een Teamsmeeting).

A staat voor augmentation, de les blijft dezelfde maar technologie doet een verrijking van het gebeuren (vb. Een digitale quiz houden tijdens de les).

M staat voor modification, hier wordt de manier van kennisoverdracht gewijzigd met behulp van technologie om tot een meerwaarde te komen. (de lineaire lessen worden vervangen door kennisclips en opdrachten in asynchrone zelfstudie en synchroon feedback en remediëringsmomenten).

R staat voor redefinition van het onderwijs door behulp van technologie (vb. Iedere student is door AI in staat te excelleren op zijn eigen niveau).

Binnen de Erasmushogeschool Brussel staat Modification, waarbij technologie ten dienste staat van het leerresultaat, als doelstelling bij digitaliseren van het onderwijs

Een voorbeeld van Redefinition werd experimenteel uitgevoerd door Christophe Benoit voor het vak 'Makerslab' van de opleiding Graduaat in de IoT. Tijdens dit opleidingsonderdeel is het de doelstelling om de studenten handvaardigheid bij te brengen en te leren werken met nieuwe technologieën zoals 3D printing, lasercutting, Arduino, ESP 32 en andere.

Alle aspecten die als negatief werden gepercipieerd door de studenten werden geschrapt: cursus, lessen en examen. De opdracht was: maak een eigen project met Arduino en het resulataat hoeft niet te werken als je maar weet waarom en je je best gedaan hebt (directe reactie van een studen: "dan kunnen we voor iets moeilijks gaan"). Je rapporteert op een manier die je zelf wenst. De opleiding werd coachend begeleid.

Het verslag van één van de studenten:

De robotarmen werden volledig door de student zelf 3D geprint, hij maakte een joystick applicatie, een gsm besturing en een vice control. De voice control werkte niet en dus vond de student van zichzelf dat hij niet geslaagd was.

TPACK

Uitgangspunt bij het TPACK model is dat het niet voldoende is dat leraren beschikken over afzonderlijke kennis van ict, didactiek en vakinhoud. Het gaat er juist om dat leraren leren begrijpen hoe de drie kennisdomeinen vakinhoud, didactiek en ict met elkaar samenhangen.

The Technological Pedagogical Content Knowledge (TPACK) model (Mishra... | Download Scientific Diagram

meer lezen hierover

UDL

Universal Design for Learning is een theoretisch kader dat helpt bij het optimaliseren van onderwijs voor iedereen en dit op basis van wetenschappelijke inzichten. Vanuit dit raamwerk werd een aantal richtlijnen opgesteld die zorgen voor een praktische implementatie. UDL neemt diversiteit als uitgangspunt; door een curriculum proactief op een inclusieve en toegankelijke manier te ontwerpen, wordt het curriculum voor alle studenten geoptimaliseerd en dit op een efficiëntere manier dan wanneer er voor elke individuele student met leermoeilijkheden apart een oplossing wordt gezocht.

In onze opleidingen hebben we studenten met zeer verschillende achtergronden. Door UDL toe te passen op de opleidingen komen we tegemoet aan de individuele (leer)problematiek van studenten met bijvoorbeeld een leerstoornis of voor wie het Nederlands niet als moedertaal heeft en dit op zo’n manier dat het een positieve invloed heeft op het leerproces van élke student. Voorbeelden zijn het gebruik van een duidelijke structuur, een goed leesbaar lettertype of het gebruik van duidelijke instructies.

De UDL-richtlijnen worden geordend onder drie principes:

Principe 1: Informatie aanbieden

Richtlijn 1: zorg dat de leerstof door verschillende zintuigen kan worden opgenomen
Richtlijn 2: Verduidelijk informatie via taal en symbolen en biedt structuur aan
Richtlijn 3: geef verschillende mogelijkheden om de leerstof te begrijpen

Principe 2: Actie & expressie

Richtlijn 4: bied verschillende manieren aan om actief om te gaan met de leerstof
Richtlijn 5: bied verschillende manieren aan om aan te tonen wat studenten geleerd hebben
Richtlijn 6: bied ondersteuning aan om doelen en prioriteiten te stellen

Principe 3: Betrokkenheid

Richtlijn 7: speel in op de interesses van de studenten
Richtlijn 8: stimuleer het doorzettingsvermogen
Richtlijn 9: bied mogelijkheden voor zelfinschatting en bijsturing